Cultuur in Washington DC en een Texaanse Bulgaar - Reisverslag uit Dallas, Verenigde Staten van Maarten Henkelman - WaarBenJij.nu Cultuur in Washington DC en een Texaanse Bulgaar - Reisverslag uit Dallas, Verenigde Staten van Maarten Henkelman - WaarBenJij.nu

Cultuur in Washington DC en een Texaanse Bulgaar

Door: maartenhenkelman

Blijf op de hoogte en volg Maarten

04 Juni 2012 | Verenigde Staten, Dallas

Vaak heb ik mezelf afgevraagd waarom ik naar Texas zou gaan en even vaak had ik daar geen weldoordacht antwoord op. Het openbaar vervoer, essentieel voor een student, is belabberd, de hostels liggen vaak buiten het centrum of zelfs in een andere stad én de Texanen staan nou niet bepaald bekend om hun gastvriendelijkheid. De keuze om naar Texas te gaan was eigenlijk gebaseerd op niets en de voordelen van reizen in Texas staan in schril contrast met de nadelen. Nieuwsgierigheid en mijn ‘gevoel’ zeiden dat ik moest gaan. Een keuze op gevoel kan twee kanten op gaan. Het kan verkeerd uitpakken, of je kan voor onverwachte verrassingen komen te staan. Dat laatste is mij overkomen in Texas. Nu ik een aantal dagen in Texas ben geweest weet ik wat mij naar de Lone Star State heeft gebracht; de Texas Experience. Cowboys en indianen, saloons en longhorns. In Texas is alles groter en beter dan in de rest van USA. De Texanen hebben overdrijven tot een kunstvorm verheven. Ze claimen in de grootste staat van de USA te wonen, immers Alaska is eigenlijk een deel van Canada. De Texanen denken dat ze de rijkste mensen van USA zijn door een overvloed aan olie én iedere Texaan denkt dat hij de beste steak of smoked ribs van USA maakt. Bovendien komen enkele bekende presidenten uit Texas, waarvan ome Bush het meest recente (slechte) voorbeeld is. En de lijfspreuk van de staat is: ‘Don’t mess with Texas.’ De Afghanen hebben dit geweten, Al-Qaida heeft dit geweten, Irak heeft dit geweten en nu ondervind ik het in levende lijve. Van de welgemanierde hoofdstad van USA naar het Wilde Westen. Een groter contrast had ik niet kunnen uitkiezen.

Dinsdag 29 mei. Nadat papa en mama mij hadden uitgezwaaid bij het Greyhound station in NYC kon ik me gaan opmaken voor een (ruim) 4 uur durende busreis. Rond 15.00 kwam ik aan in een verstikkend heet Washington DC en nadat ik mezelf had ingecheckt in het hostel ben ik richting National Mall gewandeld. Uiteraard heb ik direct een bezoek aan het Witte Huis gebracht. Voor het Witte Huis stond nog steeds dezelfde protesttent als vorig jaar maart. Ik durf niet te zeggen dat dezelfde vrouw ook nog steeds aan het protesteren was, maar wanneer ik thuis kom zal ik de foto’s eens vergelijken. Het was in ieder geval nog altijd dezelfde boodschap: (vrij vertaald) ‘Obama is een nare man!’ Nadat ik de aanklacht(en) tegen de huidige president van USA aandachtig had gelezen heb ik mijn wandeling vervolgd langs het Eisenhower Building richting het Washington Monument. De alombekende obelisk. Jammer genoeg was de schade van een eerdere aardbeving nog altijd niet verholpen (volgens de plaatselijk parkwachter duurt dit nog minimaal 2 jaar) waardoor toeristen niet de toren in mochten. Hierna ben ik naar het US Holocaust Memorial museum gelopen, maar tot mijn grote verbazing waren alle tickets van die dag al ‘uitverkocht’. Ondanks de gratis entree was het schijnbaar wel verplicht om een ticket voor de permanente exhibitie te hebben. Nadat ik door twee vrij begaanbare tentoonstellingen (‘propaganda in het Derde Rijk’ en ‘het leven van een Joods kind’) was gelopen ben ik naar het Museum of American History en het Museum of Natural History gegaan. Door tijdsgebrek kon ik het tweede museum niet volledig zien, maar aangezien alle musea toch gratis zijn kan ik hier binnenlopen wanneer ik zelf wil. Doordat alle musea voor vandaag gesloten waren ben ik rondom Tidal Basin gaan lopen langs het Jefferson Memorial en het Franklin D. Roosevelt Memorial toen het weer 180 graden omsloeg. Onweer en regen streden om voorrang en als een haas ben ik richting het Martin Luther King Jr. Memorial gelopen om te gaan schuilen voordat ik naar Lincoln Memorial zou gaan. Een groep scholieren had hetzelfde idee en stond op de bus te wachten richting Lincoln Memorial. Gelukkig bood de lerares mij aan om mee te rijden en, wijs als ik ben, sla ik een dergelijk aanbod niet af. De rare situatie deed zich voor dat kinderen van 14 het ‘so cool’ vonden dat een Nederlandse jongen met hun meereed naar Lincoln Memorial. Ik moest zelfs op de foto alsof ik een heus tieneridool was. Zou het door mijn verregende Justin Bieber kapsel komen?!? Gelukkig had de lerares de nodige boeiende verhalen te vertellen over Amerika, en na een les in koloniale geschiedenis, scheidden onze wegen. In Lincoln Memorial heb ik gewacht totdat de storm enigszins ging liggen en ben ik langs het (verlichte) Witte Huis terug naar het hostel gelopen.

Woensdag 30 mei. Deze dag ben ik vroeg in de ochtend naar het US Holocaust Memorial museum gelopen, omdat ik het me niet nogmaals kon veroorloven om zonder kaartje voor de deur te staan. De museumgids van de dag ervoor had gelijk gekregen. Ondanks dat het museum om 10.00 haar deuren opende voor het publiek, en ondanks dat ik al om 9.15 in de rij stond waren er minimaal 200 wachtende voor mij. Gelukkig wierp het vroege opstaan haar vruchten af en had ik het felbegeerde ticket bemachtigd. Echter moest ik nog wel één uur en drie kwartier doden voordat ik daadwerkelijk de Holocaust tentoonstelling in mocht. In de tussentijd heb ik daarom naar een documentaire over de Neurenberg processen gekeken en ben ik (wederom) naar het Museum of Natural History gelopen om de exhibities, waarvoor ik gisteren geen tijd, had te bewonderen. Dat is het grote voordeel van Washington. Alle musea zijn gratis, waardoor je in en uit kunt blijven lopen. Toen mijn horloge 11.30 aangaf ben ik weer richting het US Holocaust Memorial museum gelopen en mocht ik de lift in naar de permanente exhibitie. Maar niet voordat ik een identiteitsbewijs kreeg van iemand die daadwerkelijk de Holocaust heeft meegemaakt. Het museum doet er namelijk alles aan om het zo persoonlijk mogelijk te maken, zodat mensen nooit meer vergeten wat er in de Tweede Wereldoorlog is gebeurd. Nadat ik ruim 2 uur door de (aangrijpende) exhibitie heb gelopen is de missie van het museum geslaagd. De self-guided tour leidde mij langs origineel beeldmateriaal van de opkomst van Hitler en consorten, inclusief bevlogen toespraken van Hitler en Goebels, schokkende beeldfragmenten van vermoorde Joden en executies, experimenten met Joden en stukken van het concentratiekamp Auschwitz-Birkenau. Ook had het museum duizenden paren (originele) Joodse schoenen op een stapel gegooid. In deze kamer hing de onmiskenbare geur van gebruikte (en bezweette) schoenen. Ook hadden ze gaskamers en een crematorium nagemaakt. Er was ook een kamer met honderden portretten van Joden die in een Hongaars dorp woonden, waarvan er na de Tweede Wereldoorlog niemand meer van leefde. Als laatste was er nog beeldmateriaal van overlevenden van de Holocaust die hun persoonlijke verhaal vertelden. Voor de mensen die nog ooit naar Washington DC gaan, dit is absoluut een aanrader! Een van de meest bijzondere en boeiende museums waar ik ooit binnen ben geweest. Na de indrukwekkende tour door het Holocaust museum ben ik een rondje om Tidal Basin gaan wandelen. Langs het Jefferson Memorial, het FDR Memorial, het Martin Luther King Jr. Memorial, het Eerste Wereldoorlog Memorial, het Korean War Veterans Memorial, Lincoln Memorial, het Vietnam Veterans Memorial, het Albert Einstein Memorial en als laatste het Tweede Wereldoorlog Memorial. Een kilometerslange gedenktocht. Nou moet ik eerlijk bekennen dat de Amerikanen daar wel een handje van hebben. Haar helden eren, en het liefst op een zo groots mogelijke manier. Het Jefferson Memorial en het Lincoln Memorial zijn twee grootse (Griekse) tempels met in het middelpunt metershoge beelden. Lincoln in wit marmer en Jefferson in brons. Als je eenmaal een heldenstatus hebt verworven in USA dan heb je deze tot het einde ter tijden. Nadat ik, lekker Amerikaans, een hotdog had gegeten ben ik met de metro naar het Pentagon gegaan. Zelfs de metrostations in Washington zien er piekfijn uit. Architectonische hoogstandjes. Het Pentagon huisvest ruim 23.000 mensen en wordt vaak beschouwd als een stad op zich. De beveiliging is altijd in hoogste staat van paraatheid en toeristen mogen zelfs geen foto’s maken van het gebouw. Stiekem toch gedaan! Niet door vertellen aan de Amerikaanse douane, anders kom ik dadelijk het land niet meer in;-)! Nadat ik bij het 9/11 Memorial langs het Pentagon ben geweest heb ik mijn reis vervolgd naar Arlington National Cemetery. De grootste begraafplaats van de USA en hoogstwaarschijnlijk van de wereld. Alle Amerikaanse soldaten, mariniers en andere beroepen waarbij ze ‘de belangen van het land en de vrijheid van het Amerikaanse volk verdedigen’ liggen hier begraven. Evenals enkele presidenten, waaronder JFK. Volgens de Amerikanen is het een grote eer om op Arlington begraven te worden. Het aantal graven: ruim 400.000! Zo ver als je maar kan kijken staan er witte (identieke) graven. Een bijzondere plek in Washington DC. Nadat ik op Arlington National Cemetery had rondgelopen en vanaf de heuvel een mooi overzicht op de National Mall had gehad ben ik met de metro weer richting het centrum gegaan. Hier heb ik mijn culturele tour door Washington DC vervolgd bij de National Portrait Gallery waar alle portretten van de Amerikaanse presidenten tentoongesteld worden. Vervolgens ben ik langs het FBI gebouw, het oude postkantoor en de National Archives naar Capitol Hill gelopen. Het Capitool is wellicht het meest toonaangevende gebouw van Washington DC. Gesitueerd op een heuvel en grootser dan het Witte Huis is het vrijwel vanuit ieder punt in de stad te zien. Na een rondje om het Capitool gelopen te hebben, onder andere langs de Library of Congress en het Supreme Court of USA, heb ik bij een ondergaande zon nog geamuseerd zittend gekeken naar groepen toeristen die massaal foto’s maakten bij het Capitool. Hierna heb ik mijn wandeling vervolgd naar Ford’s Theatre en het Pederson House waar president Lincoln respectievelijk neergeschoten is en gestorven is.

Donderdag 31 mei. De laatste uren in de hoofdstad van USA heb ik nuttig besteed. Vroeg in de ochtend ben ik richting het oude postkantoor gelopen om een tweede poging te wagen om de klokkentoren te beklimmen. Nu het Washington Monument gesloten is voor werkzaamheden vormt de klokkentoren van het oude postkantoor de enige waardige vervanger. Jammer genoeg waren de liften ook vandaag gesloten wegens werkzaamheden. De reden voor de werkzaamheden: ‘het gebouw is al héél oud (anno 1897).’ Ik ben maar geen discussie aangegaan met de desbetreffende bewaker dat het huis van tante Dien op enkele jaren na even oud is en dat de reden van werkzaamheden dus een drogreden was. Evengoed blijft het jammer dat ik Washington DC (en National Mall) niet van bovenaf heb kunnen bewonderen. Hierna ben ik richting de Library of Congress gelopen en heb ik een kijkje genomen in de persoonlijke bibliotheek van Thomas Jefferson. Vlug aangesloten bij een georganiseerde door zodat ik ook de grote leeszaal, welke normaal gesproken gesloten is voor publiek, kon zien. Hierna ben ik naar de National Art Gallery gegaan. Ondanks dat ik geen echte kunstkenner ben wist ik een aantal schilderijen van Nederlandse meesters toch thuis te brengen. Zo hangen in de National Art Gallery de wereldberoemde zelfportretten van Vincent van Gogh en Rembrandt. Is Johannes Vermeer vertegenwoordigd met ‘vrouw die een balans vasthoud’, én hangt er het enige schilderij dat Leonardo da Vinci ooit op Amerikaanse bodem heeft geschilderd. Verder hangen er werken van Monet, Gauguin en Raphael en zijn de eerste Amerikaanse presidenten vertegenwoordigd met officiële portretten. Nadat ik ruim een uur had rondgelopen (alleen een tour langs alle topstukken gedaan) ben ik door de sculture garden richting Ford’s Theatre en het Pederson House gewandeld. Ford’s Theatre werd onderworpen aan een hevige renovatie, waardoor de deuren voor het publiek waren gesloten. Zodoende kon ik de plaats waar Abraham Lincoln neergeschoten was niet zien, maar daarentegen was de toegang tot het Pederson House gratis. Na rondgelopen te hebben in de kamer waar Lincoln gestorven is ben ik, na een stevige lunch, richting het National Aquarium gegaan. In Washington DC ligt het eerste aquarium van USA en dit is tevens de enige bezienswaardigheid die niet gratis is. Gelukkig wel voor ondergetekende. De jongedame van de ticketverkoop vond het namelijk veel interessanter om met haar BlackBerry te spelen in plaats van op de letten wie er het aquarium binnenliep. Eigen schuld. Die $10 kan ik misschien gebruiken om aandelen van Facebook te kopen en er uiteindelijk heel rijk mee worden;-)! Het was achteraf maar goed dat ik een gratis toegang had, want het aquarium was slechts 1 verdieping vergelijkbaar groot als de kantine van SV Budel. Het enige unique selling point was overduidelijk het feit dat ze het eerste aquarium van het land waren. Nadat ik binnen een half uur op het aquarium was uitgekeken ben ik richting het hostel gegaan om mijn koffers te pakken en naar Ronald Reagon National Airport af te reizen. Mijn vlucht richting Dallas/Fort Worth, met een tussenlanding in Fort Lauderdale stond op me te wachten. Nadat ik voor mijn handbagage had betaald (!!!), zelfs Ryanair heeft geen dergelijk klantonvriendelijk omzetsysteem, en Spirit mij nog een poot had uitgedraaid kon de reis naar het Wilde Westen beginnen. De vlucht verliep soepel, uitgezonderd de zenuwachtige en angstige Spaanstalige jongeman langs me. Het was de eerste keer dat hij vloog en allerlei complottheorieën dat we doelwit van een aanslag konden zijn kwamen naar voren. Na 30 minuten in de lucht kwam hij erachter dat vliegen eigenlijk helemaal niet zo spannend is, maar bij iedere lichte vorm van turbulente stond het zweet in zijn handpalmen. Op het einde van de vlucht smeerde het Spirit personeel deze onwetende jongeman ook nog even een creditcard aan om zijn eerste vlucht onvergetelijk te maken. Lang leve DSB praktijken! Nadat ik de laatste bus richting Irving (in Dallas zijn letterlijk geen hostels!) gehaald had kwam ik aan bij het hostel dat gerund wordt door Ivan Ivanov. Niet alleen zijn naam is legendarisch, maar deze Bulgaarse man, ook bekend onder de bijnaam Ivan de Verschrikkelijke, blijkt een uiterst plezierige man in de omgang te zijn. Niks geen stugge Bulgaarse manieren. Alles is mogelijk voor zijn gasten. En met zijn typisch Bulgaarse (Oost-Europese) accent is het hilarisch om een gesprek met hem te voeren. Dit is absoluut een van de meest briljante hostelervaringen die ik tot nu toe heb gehad in USA. Toen ik hem vertelde dat ik eenmaal in Bulgarije op vakantie ben geweest kon ik natuurlijk niet meer stuk bij hem. Hetzelfde gold toen hij vertelde dat hij in Nederland was geweest en wel in Den Helder. Wie gaat er in hemelsnaam naar Den Helder? Er zijn amper Nederlanders die hoger gaan dan Alkmaar, laat staan Bulgaren. Het inchecken kon trouwens pas na 12 uur, omdat hij nog een belastingaangifte moest doen wat hem 1500 dollar opleverde. Met ‘belastingaangifte’ zal hij ongetwijfeld iets anders bedoeld hebben;-).

Vrijdag 1 juni. De vorige nacht was laat geworden, ook door het reizen en het later inchecken, zodat ik vandaag mezelf iets meer ‘uitslaaptijd’ had gegeven. Nadat om 9 uur de wekker ging heb ik vluchtig ontbeten en even met de Amerikaanse werknemers (bouwvakkers) van Ivan gepraat. Het is werkelijk de omgekeerde wereld hier. Bulgaren die orders geven aan Westerse mensen. Ivan heeft het goed bekeken. Tel zijn accent daarbij op en je hebt een scene die zo in de Koude Oorlog plaats had kunnen vinden. Nadat ik ontbeten had en inmiddels de weg naar Dallas wist, Irving ligt ongeveer 15 kilometer buiten Dallas, ben ik richting het treinstation gelopen. De trein zou me midden in Dallas afzetten en in de trein had ik al lichtelijk kennis gemaakt met hetgeen dat Texas mij te bieden heeft in vergelijking met andere Amerikaanse staten. Ik ben meer cowboylaarzen, baarden, hoeden en leren jassen (Marlboro mannen voor het gemak) tegengekomen in een treinrit van 18 minuten dan in de afgelopen 5 maanden. Nadat ik op Union Station was aangekomen ben ik direct naar het toeristeninformatiecentrum gelopen, want Ivan deed niet aan mappen. Daar de highlights van Dallas voorgeschoteld gekregen en direct ben ik naar de grootste trekpleister van Dallas gegaan; het 6th floor museum. Dallas is onlosmakelijk verbonden met wijlen JFK. De stad heeft wereldbekendheid gekregen op 22 november 1963 toen toenmalige president Kennedy werd neergeschoten door Lee Harvey Oswald. Veel mensen kunnen waarschijnlijk geen andere bekende dingen van Dallas opnoemen (uitgezonderd de familie Ewing uit de serie ‘Dallas’). Het 6th floor museum geeft een chronologische weergave van het leven van JFK, zijn presidentschap, de dag dat JFK vermoord is en zijn nalatenschap en je kan letterlijk door het raam kijken waar het fatale schot gelost is en hoe de route is gegaan die JFK die dag heeft afgelegd. Ondanks dat het museum slechts 1 verdieping groot is heb ik hier ruim 2 uur doorgebracht. De moordpartij op JFK heeft mij altijd geïntegreerd en dit museum bood veel achtergrondinformatie waarvan ik nog nooit had gehoord en het feit dat je op de plek staat waar het 50 jaar geleden allemaal afspeelde geeft een geheel andere dimensie. Een absolute aanrader! Na mijn tour door het museum ben ik door Dallas gelopen. Het downtown van Dallas heeft weinig om handen. Wolkenkrabbers zijn er nauwelijks en de architectuur is ook niet bijzonder. De reden dat ik echter naar Texas ben gegaan is niet alleen de illusie die het Wilde Westen heet, maar ook om iets tastbaars te zien van die periode. Dallas blijkt achteraf een mooie start daarvoor te zijn. Ik ben namelijk richting het Dallas Heritage Village gelopen waar ze een oud gedeelte van de stad hebben geconserveerd. Je loopt letterlijk rond in een oude Texaanse stad van de periode 1840-1900. Uiteraard inclusief Saloon en het bureau van de plaatselijke sheriff. Een soort Frontierland in Disney World, alleen dan authentiek. Nadat ik een wandeling door dit oude Dallas had gemaakt ben ik weer richting downtown gegaan om het grootste bronzen kunstwerk ter wereld te zien. Een kudde langhoornkoeien. Dit kunstwerk bestaat uit minstens 50 langhoornkoeien (ik heb ze niet geteld) die vanaf een kleine heuvel op je af lijken te stormen. Hierna heb ik een ritje in Rosie gemaakt. Rosie is een trolley, of streetcar, uit het jaar 1909 en wordt nog steeds gebruikt als (gratis) openbaar vervoer in Dallas. Een erg leuke ervaring. Het spoor loopt dood aan twee einde (het is geen sluitend traject) waardoor de bestuurder van de trolley telkens de elektriciteitskabel moet omwisselen. Bovendien trilt Rosie van alle kanten. Ze is namelijk gemaakt van hout wat ontzettend meegeeft tijdens de schokkerige rit. Na de rit in Rosie had ik ook uptown Dallas gezien en na een wandeling door Financial District, Government Disctict en het oude stadscentrum ben ik weer richting Irving gegaan. Nog even met Ivan gediscussieerd of we niet samen op stap konden gaan deze avond. Immers, hoe vaak krijg je de kans om met een Bulgaar te gaan stappen. Jammer genoeg voelde hij zich hiervoor te oud en bovendien kende hij nog mensen die het niet op prijs zouden stellen als hij zijn gezicht liet zien! Die gekke Texanen, hun geweren en eeuwige wraakgevoelens;-)!

Zaterdag 2 juni. Fort Worth. Het officiële begin van het Wilde Westen. Deze ochtend ben ik met de trein richting Fort Worth gegaan. Na een rit van ongeveer 30 minuten, Fort Worth ligt namelijk 50 kilometer van Dallas af, kwam ik aan in de stad. Ivan had me verteld dat Fort Worth kleiner en compacter was dan Dallas en zelfs de kaart gaf aan dat er diverse zogenaamde ‘Pedestrian Friendly Neighborhouds’ waren. Neighborhouds waren er zeker, maar die waren alles behalve pedestrian friendly. Maar dit geheel ter zijde. Als eerste ben ik naar Water Gardens gelopen, de naam zegt het al, en vervolgens naar het Culture District. Lengte van deze wandeling: 4,1 kilometer. Gratis bij het Kimbell Art Museum naar binnen gegaan en wat bijzondere schilderijen van Van Gogh, Rembrandt, Picasso en Titiaan gezien. Ik begin langzamerhand een heuse kunstkenner te worden;-). Hierna door de brandende zon (het kwik steeg vandaag naar 97 Fahrenheit) naar downtown Fort Worth gegaan. Downtown Fort Worth is gebouwd rondom Sundance Square, maar is niet erg bijzonder. Zeker niet nadat je steden als Washington DC, New York en Philadelphia slechts enkele dagen achter je hebt gelaten. Hierna naar Stockyards National Historic District gelopen. Na een wandeling van ruim één uur, de kaart was namelijk niet op schaal gemaakt en ze hadden enkele straten van de kaart verwijderd (!!), kwam ik aan in het oude Fort Worth. Lengte van de wandeling: 8,8 kilometer. Stockyards District is ontstaan in de periode 1820-1840 en nog redelijk goed geconserveerd. Fort Worth wordt gezien als het begin van het Wilde Westen en is ook officieel zo erkend. Er rijdt hier nog een oude trein, de saloons staan nog overeind en de longhorns lopen nog over straat. Het percentage mannen met laarzen en spijkerbroeken (ondanks de 37° Celsius) is zorgwekkend. In Fort Worth heb ik de échte Texas Experience meegemaakt. Nadat ik de bus terug had gepakt naar het station ben ik weer richting Irving gegaan. In het hostel had de Nederlandse enclave zich uitgebreid. Collin was de eerste Nederlander, uitgezonderd papa en mama, die ik sinds lange tijd sprak. ’s Avonds zijn we nog naar Uptown Dallas gegaan. Helaas konden we Ivan (wederom) niet overhalen om ons te vergezellen.

Zondag 3 juni. Nadat Ivan ’s ochtends nog persoonlijk gedag was komen zeggen zijn Collin en ik naar Dallas gegaan. Het kwik steeg ook vandaag weer tot enorme hoogte, waardoor we al snel tot de conclusie kwamen dat het een prima idee was om op Pioneer Plaza de schaduw op te zoeken en elkaars reizen door te nemen. Nadat we gewend waren geraakt aan de hitte is Collin naar het 6th floor museum gegaan en heb ik, met succes, geprobeerd om een bus eerder naar Austin te pakken waar Collin zich morgen weer bij mij aansluit. Na een reis van 4 uur kwam ik aan in het uitgestorven Austin. De bussen reden vandaag om de 2 uur, maar gelukkig kwam ik Isaac tegen. Deze jongeman was een privéchauffeur voor zakenmensen en bekende Texaanse sporters, en zijn afspraak was een uur vertraagd. Nadat Isaac mijn eerste scepticiteit had weggenomen heb ik zijn aanbod om mij voor een studententarief bij mijn hostel af te zetten aanvaard. Met 90% korting op zak kroop ik op de achterbank en de 15 minuten durende rit vloog voorbij. Een aardige gast en puur toeval dat hij me uit de brand wilde helpen. Het hostel ligt op een schitterende locatie aan het Lady Bird Lake. Morgen de hoofdstad van Texas maar eens verkennen.

Maarten

P.s. Papa bedankt voor de schoenen. Na een goede dag lopen in Washington DC had de zool van mijn linkerschoen losgelaten en kon ik mijn grote teen er doorheen steken. Goedkoop is duurkoop;-).

  • 04 Juni 2012 - 17:53

    Papa En Mama:

    Hallo Maarten,

    Leuk om weer wat van je te horen,vandaag maandag was Danielle nog bij ons.
    Ben wel jaloers op al je avonturen,maar niet op die wandelingen die je daar maakt.
    Wat betreft het schoeisel,jij bent niet meer gewend dan je Converse schoenen,en die liggen ook snel aan GORT.
    Maar ik denk dat jouw blauwe washed shoes nu nog comfortabeler zitten dan voorheen.
    Bovendien kun je ze achter laten bij Uncle Sam.
    Hier is het weer niet zo bijster,maar hopelijk komt daar ook verandering in de komende dagen.
    Nog eventjes geduld en Danielle vliegt naar jouw toe.
    Nog veel plezier en een dikke kus van pap en mam.
    Let op en zorg goed voor jezelf.


  • 04 Juni 2012 - 21:44

    Maria:

    PS

    ..1963...= (nog lang) geen 50 jaar geleden...;)

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Maarten

Actief sinds 28 Dec. 2011
Verslag gelezen: 1035
Totaal aantal bezoekers 64677

Voorgaande reizen:

19 Februari 2013 - 16 Juni 2013

Reizen door Azië

Landen bezocht: