Beijing – Moskou. 7801 kilometer. 148 uur en 5 min - Reisverslag uit Moskou, Rusland van Maarten Henkelman - WaarBenJij.nu Beijing – Moskou. 7801 kilometer. 148 uur en 5 min - Reisverslag uit Moskou, Rusland van Maarten Henkelman - WaarBenJij.nu

Beijing – Moskou. 7801 kilometer. 148 uur en 5 min

Blijf op de hoogte en volg Maarten

16 Juni 2013 | Rusland, Moskou

Zdravstvuyte!

Vandaag in de namiddag stap ik op het vliegtuig die me van Moskou naar Amsterdam moet brengen en dan zit de reis er definitief op. Eens kijken we me gemist heeft en me over enkele uren komt verwelkomen op Schiphol;-)… Het is een understatement om te zeggen dat de afgelopen (bijna) 4 maanden in sneltreinvaart voorbij zijn gevlogen en vele hoogtepunt heeft gekend. Maar, hoe bijzonder iedere dag van de reis was, alles staat in de schaduw van de trans-Mongolië express. De immense Gobi-woestijn, de wonderschone Mongoolse natuur van Terelj en het uitgestrekte Rusland met haar metropolen Moskou en St. Petersburg. Ik zal jullie in de vorm van een dagboek door deze indrukwekkende treinreis leiden die mij van Beijing naar Moskou heeft gebracht. 7801 kilometer naar het westen en 148 uur en 5 minuten later.

Dag 1
De eerste dag van mijn trans-Mongolië express begon om 08.05 op het centrale treinstation van Beijing. Deze dag zijn we dwars door Mongools China naar de Chinees-Mongoolse grens gereden. De voornaamste bezigheid tijdens de treinreis is het jezelf gemakkelijk maken en door de ramen naar buiten staren, het landschap aan je voorbij zien glijden. Aangezien we onze coupé niet hoefden te delen met Chinese en/of westerse medereizigers was het comfortabel maken een kleine moeite! Mag het een keer meezitten?!? Restte ons alleen het naar buiten staren en genieten van het landschap dat langzaam aan ons voorbij gleed. Het Chinese landschap kenmerkte zich door kilometerslange uitgestrekte vlaktes met helemaal niets. Geen huizen, geen wegen, geen dieren, geen mensen. De Chinese ‘dorpen’ waar we sporadisch langs reden waren veelal verlaten en verpauperd. Ingestorte huizen, afval in ‘achtertuinen’ en veel armoede onder de hand vol mensen die hun dorp trouw gebleven zijn. De eerste honderden kilometers van de reis gingen voorspoedig en behoudens enkele stops op kleine stations reden we in één ruk door naar Erlian, de laatste Chinese grensplaats, voordat we de grens met Mongolië overstaken. Echter konden we de grens pas oversteken als de wielen van de trein waren vervangen. De treinrails in Mongolië is namelijk enkele centimeters smaller dan die in China. Een van de naweeën van het Sovjettijdperk en het isolement van Mongolië. Vandaar dat deze tussenstop ruim 3 en een half uur in beslag nam. Meer dan genoeg tijd om Erlian te verkennen. Dit had ook schriftelijk afgedaan kunnen worden, want in Erlian was namelijk helemaal niets te beleven. Met pijn en moeite konden we een kleine buurtsupermarkt vinden om ons van wat eten en drinken te voorzien, aangezien er geen restaurant in de trein aanwezig was. Rond middernacht (lees: 23.59), en één minuut (ongelogen!) voordat onze Chinese visums zouden verlopen, stapten we weer op de trein met als eindbestemming: Ulaanbaatar. En voor diegene die nieuwsgierig zijn naar de afloop van de bandenwissel; de wielen waren inderdaad vervangen.

Beijing – Ulaanbaatar. Duur: 29.45. Aantal kilometers: 1542

Mongolië
Mongolië is het dunstbevolkte land ter wereld. Het land is qua oppervlakte bijna 38 keer zo groot als Nederland, maar heeft slechts 3,2 miljoen inwoners. De reden er zo weinig mensen in Mongolië wonen is eigenlijk heel simpel. Het zuiden wordt opgeslokt door de Gobi woestijn, in het westen bevinden zich de Altai Nuruu, een gebergte vergelijkbaar met de Europese Alpen, en het noorden en oosten van Mongolië worden gedomineerd door kilometers lange steppes en bossen. Eigenlijk is het enige bewoonbare gedeelte van het land rondom de hoofdstad Ulaanbaatar. Niet verwonderlijk dat er in Ulaanbaatar naar schatting 1,7 miljoen mensen wonen. Ruim de helft van de gehele Mongoolse bevolking.

Dag 2
De eerste paar uur in Mongolië heb ik slapend doorgebracht, maar na een korte nachtrust werd ik vroeg wakker om zoveel mogelijk van het uitgestrekte land te kunnen ervaren. Het landschap in Mongolië is iets dat ik nog nooit ergens eerder heb gezien. Waarschijnlijk is het alleen te vergelijken met de binnenlanden van Australië en Noord-Afrikaanse landen. Met de trein zijn we dwars door de Gobi woestijn gereden. De Gobi woestijn vormt met haar bijna 1,3 miljoen (!!!) vierkante kilometer een aanzienlijk deel van Mongolië. Er was letterlijk niets te zien, behalve zand en wat verdwaalde wilde paarden, zo ver als je kon kijken. Honderden kilometers niemandsland waar geen mens leeft, woont of komt. Pas op enkele tientallen kilometers van Ulaanbaatar kwamen we wat meer beschaving tegen in de vorm van enkele gers (Mongoolse tenten) die bij elkaar waren gebouwd en waar voornamelijk nomaden wonen. Toen we eenmaal Ulaanbaatar in het vizier kregen was het alsof sinterklaasavond was aangebroken. Hoe zal het eruit zien? Hoe groot is de stad? Wat kunnen we verwachten? Om 13.50 kwamen we na een rit van 29.45 aan in Ulaanbaatar. De stad voelt Oost-Europees aan. Veel grauwe en vervallen flatgebouwen die een pleintje omsluiten waar een basketbalveld en verdwaalde vastgeroeste gymtoestellen het straatbeeld vormen. Hier moet je ’s nachts niet de verkeerde Mongolen tegen het lijf lopen, anders heb je het zwaar te halen. Daarvoor zijn we dan ook meerdere malen gewaarschuwd in woord en gebaar door de gastheer van het hostel. De tekst “do not leave the hostel after midnight” die pontificaal op de voordeur was geplakt was niet aan dovemansoren besteed. Ulaanbaatar laat zich verder kenmerken door het gebrek aan hoogbouw, (heel) veel ongeïnspireerde betonnen gebouwen, waaraan je ook kan afzien dat Mongolië een satellietstaat is geweest van de voormalige Sovjet-Unie, en haar overvloed aan Guanz. Oftewel, lokale kantines waar ze Mongools fast food serveren. En dan moet je niet denken aan hamburgers met friet en cola, maar aan gehaktballen, gebakken aardappelen, schnitzels en rauwkost verdronken in een stroperige saus die voor jus moet doorgaan. Gezond fast food dus;-). De tijd die we in Ulaanbaatar hebben doorgebracht waren we voornamelijk te vinden in een van deze Guanz, die, ondanks dat ze allemaal een andere eigenaar hebben, vergelijkbaar zijn als ware het Apple stores of McDonald’s franchises. Dertien in een dozijn is schijnbaar de maatstaf in Mongolië! De eerste dag in Ulaanbaatar zijn we naar het centrale stadsplein geweest en hebben we over de twee hoofdwegen van de stad gelopen. Verder heeft Ulaanbaatar weinig om het lijf. Laat in de middag hebben we met een groep Mongolen gebasketbald op het pleintje dat voor ons flatgebouw ligt. Het mengen onder de plaatselijke jeugd kan immers geen kwaad als je ’s nachts in een één tegen één situatie terecht komt en om hulp verlegen zit;-).

Dag 3
De tweede dag in Mongolië zijn we om 09.00 naar Terelj National Park gereden. Immers, we waren voor de natuur naar Mongolië gekomen en niet voor de geclusterde betonnen blokkendozen die Ulaanbaatar heet. De 80 kilometer lange rit naar Terelj was met recht bijzonder te noemen. De eerste paar kilometers voer ons door de buitenwijken van Ulaanbaatar. Veel vervallen betonnen flats en een paar illegale markten waar ze auto-onderdelen verkochten. De auto-onderdelen lagen in zeecontainers opgestapeld te wachten op een nieuwe eigenaar. Het stuk tussen Ulaanbaatar en Terelj was over zandwegen tussen de Mongoolse bergen. Eenmaal in Terelj aangekomen werd me meteen duidelijk waarom veel reisgidsen Mongolië de ‘onbekende parel’ noemen. Wat een landschap! Ik heb het al meerdere malen gezegd en inmiddels wordt het een klassieker, maar ook voor Terelj geldt: één foto zegt meer dan duizend woorden. Na ruim twee en één half uur rijden vanaf Ulaanbaatar kwamen we aan bij ons tentenkamp bestaande uit welgeteld 4 gers. De daaropvolgende 5 dagen gingen we volledig back to the basics! Dat wil zeggen: geen stroom, geen stromend water en dus geen douche én geen internet en dus geen Facebook;-). Maar wel een houtkachel, een ger én voor ieder één paard! Laat in de ochtend hebben we een berg beklommen die ons een schitterend uitzicht gaf over de vallei waarin we verbleven en in de namiddag hebben we de eerste kilometers met ons Mongoolse paard gemaakt. De Mongoolse gastheer wist ons te vertellen dat Mongoolse paarden kleiner zijn dan de meeste soorten, maar vele malen sterker door het ruige en heuvelachtige landschap. Gedurende mijn eerste uur op een paard werd me ook duidelijk dat ik hiervoor niet in de wieg ben gelegd. Uitgerekend ik had een paard gekregen dat niet wilde luisteren, of had ik simpelweg geen controle over het beest? Nu weet ik ook meteen hoe papa en mama zich regelmatig moeten voelen;-)… Maar goed, voordat de frustratie bij mij de overhand kreeg maakten we rechtsomkeert naar het tentenkamp. Dat het weer in de bergen zo wisselvallig is als het humeur van Daniëlle in de vroege ochtend werd de eerste paar uur in Terelj ook meteen duidelijk. Was het weer laat in de ochtend en vroeg in de middag zomers te noemen; het sloeg gedurende de middag 180 graden om. Eerst waren er lichte regenbuien, gevolgd door hagel- en sneeuwbuien! Binnen enkele uren was het landschap veranderd van lentegroen naar winterwit. En wij maar lachen toen de hosteleigenaar ons vertelde dat het eind mei en begin juni kon sneeuwen in Mongolië. Ongelofelijk dat ik op 27 mei een sneeuwballengevecht kon houden! De rest van deze dag hebben we logischerwijs niets meer ondernomen. Door de sneeuwstorm was het zicht gereduceerd tot minder dan 3 meter en was bergbeklimmen of paardrijden gekkenwerk. Daardoor waren we gekluisterd aan het kampvuur in onze ger. De enige bezigheden waren praten en het vuur aanhouden tot middernacht. Wat een contrast met het dagelijkse leven in Nederland.

Dag 4
Deze dag werd ik vroeg (05.30) door het zonlicht en de kou gewekt in een besneeuwd Mongolië. Het had de hele nacht door gesneeuwd met als gevolg dat er op sommige plekken meer dan 10 centimeter sneeuw lag. Waar het normale leven in Nederland ontregeld zou zijn, daar ging het leven in Mongolië gewoon door. De ochtend stond vooral in het teken van het lichaam weer op temperatuur krijgen, omdat het kwik ’s nachts flirtte met het vriespunt en onze ger hier geen weerstand tegen kon bieden. Zelfs een extra berenvel zou onder deze omstandigheden geen uitkomst hebben geboden. Met de op één na laatste lucifer hebben we nat hout aangekregen, het mag een klein wonder heten, waardoor het binnen no-time weer behaaglijk warm was in onze tent. ’s Middags zijn we met onze paarden op pad gegaan, maar niet voordat ik Mongoolse kleding hadden gekregen die mij beter kon beschermen tegen de barre weersomstandigheden dan mijn Vans en dun vest. Met mijn nieuwe kleding (lees: gevoerde cowboylaarzen en wollen jas) paste ik moeiteloos in een Marlboro reclame. Vroeg in de middag zijn we op onze trouwe viervoeters gestapt en hebben we bijna 4 uur door de overweldigende natuur van Mongolië gereden. Mijn paard had het eerste uur wederom problemen met mijn gezag, maar na verloop van tijd ging het steeds beter. Het landschap in Terelj is schitterend divers, zeker als het besneeuwd is. Bergen bekleed met naaldbossen, kale rotsformaties en steppes waar wilde paarden op grazen. Nadat we laat in de middag aankwamen bij de ger waar we de tweede nacht zouden doorbrengen waren we door de kou bevangen. We konden echter niet meteen een vuur maken, maar we moesten ons eigen hout zoeken en hakken. Als twee volwaardige leden van de scouting hebben we een boomstam in stukken gezaagd en vervolgens in kleine blokken gehakt. Zelfs de Mongolen waren onder de indruk;-)! In Terelj was het sowieso survivallen voor gevorderden. Had ik me al snel neergelegd bij het feit dat er geen douche was, een toilet kennen ze ook niet. Tenminste, ik zou een gat in de grond geen toilet willen noemen. Jezelf wassen? Dat doe je simpelweg door sneeuw in je handen te pakken en daarna over je lichaam en je gezicht te wrijven. Water drinken? Dat doe je gewoon door sneeuw in een flesje te doen en te laten smelten bij het vuur van de kachel. Met andere woorden: we mogen van geluk spreken dat het überhaupt had gesneeuwd de eerste dag in Terelj. Wanneer je het ’s nachts koud hebt? Dan doe je maar een extra berenvel over je heen trekken of een extra trui aan. Wanneer ik Terelj heb overleefd komt het vast wel goed met me;-)! Nadat we weer op temperatuur waren gekomen en onze ger hadden ingericht zijn we door de omgeving gaan wandelen en klimmen. Uiteindelijk kwamen we op een punt, nadat we wilde paarden hadden getrotseerd, waar we over een vallei konden uitkijken. Onbetaalbaar! Bij terugkomst liet de nieuwe Mongoolse gastheer zijn nieuwe trots zien: een fontein in zijn achtertuin. Iets dat driekwart van het jaar onbruikbaar is door de barre weersomstandigheden je trots noemen werkte bij ons uiteraard op de lachspieren, maar de man was zielsgelukkig en dat is wat telt! ’s Avonds hebben we onder een heldere hemel naar de sterren gekeken.

Dag 5
Laat in de ochtend zijn we weer met de paarden in een besneeuwd Mongolië op pad gegaan. De zon scheen overigens heerlijk, ondanks de kou. Tot 3 uur ’s middags hebben we door de natuur van Terelj gereden. Één keer heeft onze gids de paarden op volle snelheid laten gaan. Wat kunnen die beesten ongekend hard! Behalve paardrijden waren de dagen in Terelj eentonig. Er was namelijk niets om handen. We konden slapen, rusten, liggen, muziek luisteren of rondlopen. Het nomadenbestaan van een Mongool is voor ons oersaai, maar o zo eenvoudig. Stress of prestatiedruk kennen deze mensen absoluut niet! Laat in de avond heb ik weer van de sterren genoten, voordat ik in mijn slaapzak kroop de koude Mongoolse nacht tegemoet. Het zijn de kleine dingen waarvan je als Mongoolse nomaad moet genieten.

Dag 6
Dit was de laatste dag dat we met onze paarden door Terelj reden. En het zou , naar later bleek, een ruige dag worden. De paarden hebben meerdere malen hun topsnelheid gehaald en we mochten door beekjes lopen en over bergachtig terrein. Een moment van onoplettendheid en een simpele schijnbeweging van mijn paard zorgde er overigens voor dat ik met mijn snufferd op het gras lag. Paard vs. Maarten: 1-0. Nadat we schitterende uitzichten hadden over Terelj vanaf de heuvels waar we met de paarden overheen zijn gereden hebben we ze weer op stal gezet. Het was mooi geweest! Na vier dagen paardrijden kon ik de balans opmaken: een pijnlijke rechterenkel van de stijgbeugel, een pijnlijke rechterknie (oorzaak onbekend), ouderwetse zadelpijn, een pijnlijke onderrug van het galopperen, een pijnlijke rib van de valpartij en geschuurde handen van het touw waaraan ik me krampachtig moest vasthouden wanneer het paard op volle snelheid lag. Leuk hoor, dat paardrijden;-)! Het was een onvergetelijke ervaring. De rest van de dag heb ik genoten van de zon en de Mongoolse natuur in de bergen van Terelj. Waar adembenemende uitzichten aan de orde van de dag waren.

Dag 7
De laatste ochtend in Terelj ben ik andermaal vroeg gewekt door de ochtendzon die doorbrak en door het doorzichtige dak van de ger scheen. Nadat ik het ‘wakker’ worden met enkele uren had uitgesteld ben ik rond 08.00 een ochtendwandeling gaan maken door de heuvels. Nadat ik terug was hebben we gewacht op de auto die ons weer naar de beschaving van Ulaanbaatar zou brengen. Het werd een dollemansrit en dan druk ik me nog zacht uit. Toen onze chauffeur eenmaal de straten van Ulaanbaatar in het vizier kreeg begon hij, als Hermann Maier in zijn beste dagen, door het verkeer te slalommen alsof zijn leven er vanaf hing. Het Aziatische verkeer is voor een westerse chauffeur sowieso onvoorstelbaar en helemaal in Ulaanbaatar waar ze maar enkele begaanbare hoofdwegen hebben en voor mijn gevoel evenveel auto’s als inwoners. Daardoor is het verkeer ieder moment van de dag een complete chaos en diegene met ballen van staal (lees: onze chauffeur) murwen zich overal doorheen. Toeteren, afsnijden, voorrang nemen en rechts inhalen zijn aan de orde van de dag. Nadat we in de middag onze treintickets van Ulaanbaatar naar Irkutsk hadden opgehaald in een van de vele flatgebouwen hebben we weinig meer ondernomen. De stad leent zich niet voor een cultureel bezoek. Het is vooral met verbazing rondstruinen, totdat je concludeert dat alles op elkaar lijkt en je in rondjes hebt gelopen.

Dag 8
De laatste dag in Mongolië wilden we naar de beroemde en beruchte Naran Tuul markt. In de volksmond: de zwarte markt. Men kan hier van iets illegaals iets legaals maken en ze schijnen werkelijk alles te hebben. Van spoilers tot cassette bandjes (waar vind je ze nog?!?) en van zwaarden tot handgebreide schapenwollen koksmutsen. Een witwas Mekka voor de lokale bevolking en een uitgelezen mogelijkheid voor toeristen om bijzondere souvenirs te kopen. Een klassieke win-win situatie! Vol goede moed en een gevulde portemonnee gingen we met de bus naar de rand van Ulaanbaatar op zoek naar Naran Tuul. Door de buschauffeur werden we geattendeerd op de laatste stop, waarna de bus snel rechtsomkeert maakte, ons in niemandsland achterlatend. Stonden we in een van de meest verpauperde gedeelten van Ulaanbaatar met zwervers die als hyena’s naar hun prooi loerden. Het moet voor de plaatselijke bevolking een bijzonder tafereel geweest zijn. We liepen namelijk via de achteringang naar Naran Tuul, de hoofdingang ligt aan een drukke doorgaande weg, maar niet voordat we een containerkamp (lees: de eerdergenoemde automarkt) passeerden waar het leek alsof de voorgaande avond LSD was geweest voor de Mongoolse scholieren. Mensen die als dronken zwervers midden op het terrein lagen en een laag rotzooi die tot de enkels kwam. Nadat we eindelijk de doorgaande weg hadden bereikt rezen de grote fabriekshallen van Naran Tuul voor ons op. Helaas was de markt deze dag gesloten. 1 juni is namelijk de Dag van de Kinderen in Mongolië, waardoor kinderen voor één dag het normale leven ontregelen en het ritme van de dag bepalen. Een combinatie van sinterklaasavond en Koninginnedag. Daardoor konden we niet op zoek naar souvenirs, waardoor ik het thuisfront (vooralsnog) hevig teleur moet stellen! De wandeling was echter de moeite waard. Zo zie je nog eens iets van een stad;-)! Nadat we weer een bushalte hadden gevonden, hebben we de bus richting het centrale plein van Ulaanbaatar genomen. Doordat (letterlijk) de hele bevolking van Ulaanbaatar en omstreken was uitgelopen voor de Dag van de Kinderen hebben we ons enige tijd kostelijk kunnen vermaken. Een optreden van de Mongoolse variant van K3 was zonder enige twijfel het hoogtepunt van de middag. Vroeg in de avond, enkele uren voor vertrek van onze trein richting Irkutsk, zijn we naar het treinstation gegaan, omdat de hosteleigenaar ons had verteld dat het krijgen van een taxi op 1 juni een hele opgave kon zijn. Een taxi aanhouden in Mongolië is trouwens een bijzondere aangelegenheid. Iedereen kan namelijk een taxi zijn! Het enige dat je moet doen is met je hand wapperen en hopen dat er een willekeurige auto stopt. Dit maal hadden we het geluk aan onze zijde. Twintig seconden nadat we onze stellingen aan de rand van de weg hadden ingenomen, voorbereid op het ergste, stopte er een Mongoolse huisvrouw die begreep dat we naar het treinstation moesten. Ruim op tijd (lees: 2 uur voor vertrek richting Irkutsk) kwamen we aan op het treinstation van Ulaanbaatar en kon de reis naar Rusland beginnen. Doordat de schemering al was ingevallen hebben we weinig van noordelijk Mongolië meegekregen. Het vermelden waard is de medereiziger in onze coupé. Deze Russische vrouw ging vanuit Mongolië terug naar haar woonplaats Irkutsk en nam letterlijk haar hele hebben en houwen, inclusief volle verhuisdozen, mee in de trein. Nadat we haar geholpen hadden bij het inladen van haar spullen hebben we weinig meer van haar vernomen. Dubbelgevouwen tussen de verhuisdozen op een stuk van 120 centimeter sliep zij als Doornroosje het leeuwendeel van de treinreis.

Ulaanbaatar – Irkutsk. Duur: 35.42. Aantal kilometers: 1066

Rusland
Rusland is, met overmacht, het grootste en meest langgerekte land ter wereld. Bovendien telt het land 11 tijdzones, waardoor de trein bittere noodzaak is als je iets van het land wilt ervaren. Uiteraard zijn Moskou en St. Petersburg de absolute trekpleisters, maar Siberië en de bijbehorende duizenden kilometers aan treinrails laten een evenzo onuitwisbare indruk achter! Bijzonder aan een treinreis door Rusland is dat je de dag achtervolgd. Je reis letterlijk het zonlicht achterna. Daardoor worden de dagen een stuk langer, het is eerder regel dan uitzondering dat de schemering pas invalt rond middernacht in een Russische trein, en doordat je door verschillende tijdzones reist lijkt het alsof het ook eerder licht wordt. Om de reiziger enige houvast te bieden wordt overal in Rusland, niet alleen in treinen en op treinstations, Moskou-tijd aangehouden. Bij ons op de tickets van Irkutsk naar Novosibirsk stond bijvoorbeeld 07.12 als vertrektijd. Plaatselijke tijd 12.12. Je bent mooi bedankt als je niet weet dat de tijd op het ticket Moskou-tijd is. Dat kost de onnozelaar een halve nacht. Gelukkig zijn wij aan het einde van onze reis niet meer zo eenvoudig te foppen;-).

Dag 9
Na een rustige nacht werd ik uitgerust wakker om de Mongoolse en Russische bureaucratie te ondergaan. Na bijna 4 maanden in Azië zijn de grenzen waar binnen ik mijn geduld en kalmte bewaar niet alleen talloze malen (hevig) op de proef gesteld, ze zijn ook dermate opgerekt dat geduld en onnodige wachttijd voor mij een hele nieuwe dimensie hebben gekregen. Daardoor vond ik het dit maal geen enkel probleem dat we ruim 9 uur hebben gewacht totdat Mongoolse soldaten en douanemedewerkers de trein en onze paspoorten kwamen controleren zodat we eindelijk naar Rusland konden. Bij de Russische grens kon het echter nog bonter. Niet alleen kwamen ze hier met 6 man sterk één wagon controleren, er moesten ook honden aan te pas komen om het werk van de Mongoolse douane nogmaals dunnetjes over te doen. Vervolgens hebben we bij een onbekende Russische grensplaats ruim vier en een half uur, geïsoleerd van de buitenwereld, gewacht totdat we onze reis konden vervolgen. We konden letterlijk geen kant op, niet alleen omdat alle treinwagons werden losgekoppeld, maar ook de locomotief. Stonden we in Rusland, in niemandsland, als ratten in één wagon gevangen. Na onze behandeling op de Russische ambassade in Tokyo noteren wij een tweede diepe onvoldoende op het gebied van gastvrijheid voor de Russen! Waar we ons enkele dagen daarvoor nog afvroegen hoe het in hemelsnaam mogelijk is dat een treinrit van ongeveer 1000 kilometer bijna 36 uur kon duren werd ons dat deze dag volkomen duidelijk. Als je maar lang genoeg een trein op één en dezelfde plaats laat wachten. Vanaf 14.30, toen de trein eindelijk in beweging kwam, hebben we door het glooiende landschap van Siberië gereden totdat we rond de klok van 10 uur Ulan-Ude in het vizier kregen. Ulan-Ude is de eerste plaats in Rusland vanaf de Mongoolse grens die de Grote Bosatlas heeft gehaald en is zichtbaar groter dan de kleine dorpen die we eerder op de dag waren tegengekomen. In vergelijking met de kleine dorpen die enkel uit wat verdwaalde houten huizen bestonden mag Ulan-Ude zich met recht een groot dorp noemen. Op het treinstation konden we even de benen strekken alvorens we de laatste uren naar Irkutsk slapend doorbrachten in de trein.

Dag 10
Rond 07.00 kwamen we na een rit van bijna anderhalve dag eindelijk aan in Irkutsk. Gelukkig maakte onze Russische medereiziger ons op tijd wakker, anders waren we zonder enige twijfel in een andere Siberische plaats, ergens tussen Irkutsk en Novosibirsk, beland. De eerstvolgende uren hebben we verder geslapen in een appartement dat als ‘hostel’ door het leven ging. In de praktijk kwam het erop neer dat we een appartement deelden met een Russisch gezin. Of beter gezegd: het Russische gezin deelde het appartement met ons. Toen we vroeg in de ochtend aankwamen verhuisde de jongste zoon naar de bank en kregen wij min of meer zijn slaapkamer toebedeeld. Ze weten in ieder geval hoe ze met hun gasten moeten omgaan in Irkutsk;-)! Irkutsk, van oudsher een Siberisch strafkamp, is de eerste noemenswaardige stad vanaf de grens met Mongolië die met de trans-Siberië spoorlijn is verbonden. De stad, qua grootte vergelijkbaar met Rotterdam, vormt een geschikte uitvalsbasis voor een bezoek aan het Baikalmeer en heeft haar internationale bekendheid te danken aan Risk. Irkutsk heeft namelijk een bovengemiddelde strategische waarde als je je tot moderne Napoleon wilt kronen;-). De stad laat zich verder kenmerken door een overvloed aan Russisch orthodoxe kerken en het contrast tussen enerzijds de kleurrijke houten gebouwen en anderzijds de traditionele flatgebouwen uit het Sovjettijdperk. Onvermijdelijk zijn ook de trams en trolleybussen, aangezien Irkutsk te klein is voor een metronetwerk. En uiteraard zijn er nog voldoende Russen die het ultieme communistische gevoel vertegenwoordigen door in decennia oude Lada’s rond te rijden. Toen we de verloren slaap van de treinreis enigszins hadden ingehaald zijn we vroeg in de middag de stad ingegaan. Na een wandeling door het centrum van de stad hebben we de rest van de dag genoten van de zon aan de Angara rivier die de stad in tweeën splitst.

Dag 11
Deze dag zijn we naar het grootste zoetwatermeer ter wereld gegaan: het Baikalmeer. Gedurende de treinreis van Beijing naar Irkutsk hadden we veel positieve verhalen gehoord over de bijzondere natuur van het Baikalmeer. Vroeg in de ochtend zijn we vanuit Irkutsk met een minibus naar Listvyanka, een klein gehucht aan het Baikalmeer, gereden. De 80 kilometer lange rit van Irkutsk naar Listvyanka door het beboste Siberië was absoluut de moeite waard, ondanks dat de chauffeur van onze minibus levensmoe leek te zijn. Vanuit Listvyanka zijn we langs het Baikalmeer afgelopen tot ergernis van een plaatselijke visser van wie we zijn wekelijkse dinsdagochtendroutine bruut verstoorden. Doordat het mistig was hebben we (te) weinig van de, ongetwijfeld, oogverblindende natuur van het Baikalmeer kunnen genieten. Na een paar uur langs het Baikalmeer gewandeld te hebben zijn we weer richting Irkutsk gegaan. Na de snijdende koude wind aan het Baikalmeer voelde het zonovergoten Irkutsk als thuiskomen. Tot laat in de namiddag hebben we in de zon op het centrale plein van de stad genoten en gefascineerd naar voorbijlopende Russen gekeken. De een nog ‘Russischer’ dan de ander. En met Russisch bedoel ik een ongeïnspireerd kapsel, het bovenlichaam van een bodybuilder, bij voorkeur in trainingspak gekleed en als het weer het enigszins toelaat een tanktop en witte sportschoenen. In Nederland krijgen deze mensen het etiket ‘kermisvolk’. Een goede bezigheidstherapie kan ik jullie verzekeren!

Dag 12
Vroeg in de middag zijn we op de trein naar Novosibirsk gestapt. Als budgetreizigers konden we, ondanks de eindeloze mogelijkheden van comfort in Russische treinen, ons alleen de ‘platzkart’ veroorloven. Voor jullie beeldvorming: een Russische platzkart is een wagon afgeladen vol met bedden en heeft als doel zo veel mogelijk mensen van punt A naar punt B brengen op een enigszins humane privacyloze manier. Als varkens in een Nederlands veetransport konden we ons gaan opmaken voor een treinrit dwars door Siberië. Van Irkutsk naar Novosibirsk. In de volgepakte wagon rees de temperatuur al snel naar tropische hoogtes en ook het feit dat de bedden ruim 15 centimeter te kort waren was niet bevorderlijk voor onze lichamelijk conditie. Tel daarbij op dat we nog ruim 30 uur voor de boeg hadden en een evacuatieplan was snel gemaakt. Als onnozele toeristen hebben we ons tot vroeg in de avond kunnen ‘verschuilen’ in de eerste klasse, waar we een coupé voor onszelf claimden, waardoor de eerste paar uur door het beboste Siberië geen noemenswaardig obstakel mocht heten. Toen een conducteur ons eindelijk kwam controleren gingen we schuldbewust, maar met een glimlach, terug naar onze plaats. Ons alterego, de onnozele toerist, had ons wederom geen windeieren gelegd.

Irkutsk – Novosibirsk. Duur: 30.53. Aantal kilometers: 1845

Dag 13
Het grootste gedeelte van de dag hebben we in de trein doorgebracht, totdat we vroeg in de avond aankwamen in Novosibirsk. Novosibirsk is met ruim anderhalf miljoen inwoners de grootste stad van Siberië en daarmee ook de grootste stad van Aziatisch Rusland. De stad is vergelijkbaar met Irkutsk en Ulaanbaatar. Een overvloed aan Sovjet-flats, evenveel Lada’s als fietsen in Amsterdam, een aantal brede straten die geschikt zijn voor communistische parades en de aanwezigheid van een centraal plein waar het communistische gedachtegoed door enkele broederlijke standbeelden van Russische helden of de gewone man wordt uitgedragen. Het meest verrassende aan Novosibirsk was ongetwijfeld een bijeenkomst van stripboekfanaten waar ik in de avond toevalligerwijs tegenaan liep. Veelal jonge mensen die op een onbenullig plein, verkleed als hun favoriete stripboekheld, elkaar in heuse showgevechten te lijf gingen. Zo heb ik Johnny Cage, Scorpion en Sub Zero, bekend van Mortal Combat, met elkaar zien strijden voor de hoogste stripboekeer. Het was een ouderwetse verkleedpartij waar honderden jongeren fanatiek aan meededen.

Dag 14
In de ochtenduren heb ik nog een korte wandeling door Novosibirsk gemaakt. De stad bleef, ondanks een overvloed aan zon, een treurige uitstraling houden. Zoals dat ook voor de meeste Russische steden geldt die we vanuit de trein konden zien liggen. In de middag zijn we op de trein richting Moskou gestapt in de wetenschap dat deze trein ruim 2 dagen ons leefgebied zou zijn.

Novosibirsk – Moskou. Duur: 51.45. Aantal kilometers: 3348

Dag 15
Deze dag hebben we letterlijk de hele dag in de trein gezeten. Het enige dat hielp om de tijd te doden was de nieuwe roman van Dan Brown: Inferno. Een aanrader!

Dag 16
Na een treinreis van ruim 2 dagen kwamen we, wederom stipt op tijd, om 16.58 aan in Moskou. De trans-Mongolië express was eindelijk ten einde. We hadden het eindstation gehaald! Moskou, de Russische hoofdstad, is met bijna 12 miljoen inwoners de grootste stad van Europa. Bekend om het Kremlin, het Rode Plein en de gekleurde Basiliuskathedraal, betwistbaar het mooiste gebouw van Europa. De stad in niet te vergelijken met andere Russische steden. Meer geschiedenis, drukker, maar vooral, het straatbeeld wordt niet gedomineerd door grauwe Sovjet-flats. Bovendien waren de Lada’s vervangen door Porsches, Maserati’s en Ferrari’s. In Moskou tel je namelijk niet mee als het bedrag op je bankrekening niet tenminste 7 nullen heeft. Doordat we in de loop van de dag door onze zorgvuldig samengestelde etensvoorraad raakten hebben we in Moskou direct een McDonald’s opgezocht. Gelukkig was de gele M weer in overvloed te vinden! Vroeg in de avond zijn we richting het Rode Plein gelopen. Niet het Kremlin, maar de oogverblindende Basiliuskathedraal trekt meteen je aandacht. Je ogen worden er letterlijk naartoe gezogen. De legende gaat dat Ivan de Verschrikkelijke, de tsaar die opdracht gaf tot de bouw van de Basiliuskathedraal, de architect, Postnik Yakovlev, vroeg of hij in de toekomst een nog mooier gebouw kon ontwerpen. Toen deze bevestigend antwoordde liet Ivan de Verschrikkelijke zijn ogen uitsteken om te voorkomen dat er ooit nog een mooier gebouw in Moskou gebouwd zou worden. Ondanks dat het om een legende gaat en de architect naderhand nog een aantal gebouwen heeft ontworpen, is de Basiliuskathedraal misschien wel het mooiste gebouw dat ik ooit gezien heb en wil ik tegen beter in graag in de bovengenoemde legende geloven. Naderhand hebben we nog rondom het Kremlin gewandeld op de terugweg richting het hostel.

Dag 17
Laat in de ochtend zijn we richting het Kremlin gelopen. Doordat op 12 juni de Russische onafhankelijkheid wordt gevierd, was het Kremlin tot 14 juni gesloten voor het publiek. Daarna zijn we langs het graf van de Onbekende Soldaat gelopen, waar twee soldaten continu op wacht staan, richting het Luzhniki stadion. Het Luzhniki stadion is niet alleen de thuishaven van Spartak Moskou, maar was ook gastheer van de Olympische Spelen van 1980. Doordat de wereldkampioenschappen atletiek in augustus in het Luzhniki stadion gehouden worden werd ons, uit veiligheidsoverwegingen (lees: uit vrees dat we spionnen waren), de toegang geweigerd. Nadat we tevergeefs een sluiproute hadden gezocht mochten we, na aanhoudend vragen, in de skybox van een bedrijf uitkijken over het stadion. De receptioniste van het bedrijf, toevalligerwijs ook de enige persoon in het stadion die Engels sprak, had van de directeur toestemming gekregen om ons naar de skybox te vergezellen. Ze gidste ons moeiteloos door delen van het stadion waar normaal gesproken geen toerist komt. Een onverwachte en unieke stadiontour. In de middag ben ik nog de Basiliuskathedraal binnengelopen. Ook van binnen is het schitterend gedetailleerd. Daarna door Moskou gewandeld. Van de Cathedral of Crist the Saviour, bekend van de gouden koepels, naar de overkant van de Moskou rivier. Vanaf de brug had ik een perfect uitzicht op het Kremlin. Ook heb ik het merendeel van de Seven Sisters gezien. Anders dan de naam doet vermoeden zijn dit niet 7 Russische zussen, maar 7 enorme en identieke flatgebouwen die Stalin liet bouwen om de snel groeiende bevolking van Moskou onderdak te bieden. ’s Avonds hebben we op het Rode Plein gezeten en zijn we rond middernacht met de trein naar St. Petersburg gegaan.

Dag 18
Persoonlijk mocht ik niet klagen over de nachtelijke treinreis van Moskou naar St. Petersburg. Hetzelfde gold niet voor Collin. Hij had bed #37 toegewezen gekregen. Ervaren platzkart-reizigers onder jullie weten dat dit de meest waardeloze plek van de wagon is. Nummer 37 is namelijk naast het toilet én de rokersruimte. Niet verwonderlijk dat hij geen oog had dichtgedaan. Voor meer achtergrondinformatie over #37 Google: “Nightmare in Seat #37 or How To Choose Your Dream Platzkart Berth”. St. Petersburg is de tweede stad van Rusland, maar zonder twijfel het culturele hart van het land. Van oudsher is St. Petersburg de uitvalsbasis van de Russische tsarenfamilies, bekende componisten en dichters en sinds de 17e eeuw is de stad de Europese toegangspoort tot Rusland. Daardoor zijn er veel historische gebouwen en kent de stad een rijke geschiedenis. St. Petersburg is, ondanks dat het weinig ‘bekende’ gebouwen huisvest (uitgezonderd het wereldberoemde Hermitage), verreweg de mooiste stad van Rusland. Nadat we vroeg in de ochtend in St. Petersburg aankwamen hebben we een lange wandeling door de stad gemaakt. Via de Nevsky Pr. richting het winterpaleis dat onder meer het Hermitage huisvest. Doordat meer mensen hetzelfde idee hadden was de wachtrij volledig uit de hand gelopen. Daardoor lieten we een bezoek aan het Hermitage de eerste dag aan ons voorbij gaan. Vanuit het Hermitage zijn we langs de rivier naar het oudste gedeelte van St. Petersburg gewandeld, waar kleine grachten en oude kerken het straatbeeld vormen. Ik weet niet wat de bijnaam van de stad is, maar het zou me niet verbazen als dit het ‘Venetië van het Noorden’ is. St. Petersburg leent zich moeiteloos voor een lange afwisselende dagwandeling. In juni moet je wel oppassen dat de dagwandeling niet onverhoopt uit de hand loopt. Gedurende deze maand blijft het namelijk dag én nacht licht in St. Petersburg, omdat de zon niet volledig ondergaat.

Dag 19
De tweede dag in St. Petersburg stond in het teken van het Hermitage. Nadat de wachtrij aan de kassa’s één uur voor opening van het museum al ongekende vormen begon aan te nemen besloten we om later op de dag terug te komen. Na een korte wandeling door St. Petersburg, onder andere langs de zomertuinen van Peter de Grote, zijn we vroeg in de middag terug naar het Hermitage gegaan. De wachtrij was zichtbaar kleiner, maar we hebben alsnog een uur buiten gestaan. Het Hermitage is een van de beroemdste musea ter wereld en hoeft qua aantal tentoongestelde kunstwerken niemand boven zich te dulden. Het Hermitage is een van de indrukwekkendste musea ter wereld, maar niet zozeer om haar collectie, als wel om de locatie waarin het gevestigd is. Het 1054 kamers tellende winterpaleis van Peter de Grote is fascinerend gedetailleerd en eenmaal in het Hermitage weet je niet waar je moet kijken. De plafonds en deurknoppen zijn wellicht mooier dan de collectie. Tijdens de uren die we in het Hermitage doorbrachten hadden we bijna het grootste meesterwerk van het museum genegeerd. Het is dat Da Vinci’s ‘Little Madonna’ door tientallen Aziaten, gewapend met spiegelreflexcamera’s, omcirkeld was. Anders waren we straal aan dit meesterwerk voorbij gelopen. Als Da Vinci zou weten dat zijn schilderij in een achterkamer in het Hermitage hing zou hij zich omdraaien in zijn graf;-)! Na ons bezoek aan het Hermitage hadden we voldoende cultuur opgesnoven voor deze dag en is er ’s avonds weinig meer ondernomen.

Dag 20
De laatste dag in St. Petersburg zijn we richting het fort van Peter en Paul gelopen. Anders dan de naam doet vermoeden is dit geen bunker die door twee scholieren van de faculteit bouwkunde is gemaakt als studieproject, maar een eeuwenoude vesting. De gouden spits van de Peter en Paul kathedraal blonk in de Russische zon. Na een flitsbezoek aan het fort en een korte middagwandeling door de stad sloeg het weer om en werden we gedwongen om terug naar het hostel te gaan. Laat in de avond hebben we de nachttrein richting Moskou genomen.

Dag 21
Vroeg in de ochtend kwamen we aan in Moskou. Na ruim 251 uur in Aziatische treinen te hebben doorgebracht was het treinstation van Moskou onze laatste halte. Een Duitse reiziger heeft ons in Laos verteld dat hij de trein het mooiste vervoersmiddel vindt, omdat je dan de afstand kan voelen. Hier ga ik verder niets aan toevoegen. Mijn, vanaf nu, chronische rug- en nekproblemen spreken boekdelen. Nadat we ons weer hadden gemeld in het hostel ben ik naar het economische hart van Moskou gegaan. Op zoek naar het hoogste gebouw van Europa: de Mercury City Tower (339 meter). Het financial district van Moskou is weinig verheffend als je het vergelijkt met Amerikaanse steden, maar er waren maar liefst 11 (!!!) nieuwe wolkenkrabbers in aanbouw. Dit gedeelte van Moskou is wellicht de grootste bouwput ter wereld. Over 5 jaar zal het er ongetwijfeld uitzien als een klein Manhattan. In de middag hebben Collin en ik geprobeerd om het Lubyanka gebouw binnen te ‘dringen’. Het Lubyanka gebouw huisvest de Russische geheime dienst, beter bekend als de KGB, en is absoluut verboden terrein voor onbevoegden. Zeker voor twee Nederlandse snotapen. Niet verwonderlijk dat we niet binnenkwamen. We beschikten immers niet over een tiencijferige toegangscode, een geldig Russisch paspoort en kwamen evenmin door de stem- en irisherkenning. Zodoende konden we weinig Russische staatsgeheimen achterhalen. Gedesillusioneerd liepen we richting het Rode Plein waar we Vladimir Poetin tegen het lijf liepen. Althans, een waardeloze dubbelganger die zich voordeed als Poetin. Hij had meer weg van Daniel Craig, de huidige James Bond, maar was niet te beroerd om 1000 Roebels, ongeveer 25 euro, te vragen om met hem op de foto te mogen. Schaamteloos! De rest van de middag hebben we rondom het Kremlin doorgebracht, voordat we ’s avonds naar de grootste McDonald’s ter wereld zijn gegaan. Als trouwe McDonald’s discipelen moesten we tenminste één keer in ons leven in dit ‘Mekka’ geweest zijn;-).

Dag 22
De laatste volledige dag in Moskou hebben we Lenin vereerd met een bezoek. Na een bezoek aan Ho Chi Minh in Hanoi en Mao Zedong in Beijing hebben we met ons bezoek aan Lenin de trilogie van gebalsemde leiders gecompleteerd. Lenin is de grondlegger van het huidige communistische Rusland en wordt door vrijwel alle Russen gezien als de ‘Vader des Vaderlands’. Wij hebben Willem van Oranje. Rusland heeft Lenin. Niet verwonderlijk dat zijn mausoleum op de meest prominente plaats in Rusland staat: het Rode Plein in Moskou. Dat de Russen niet willen dat er iets met hun Lenin gebeurt blijkt uit de beveiliging rondom het mausoleum. Niet alleen bestaat deze uit talloze Russische soldaten, bezoekers moeten ook door metaaldetectoren en worden vervolgens gefouilleerd. Na drie kwartier in de wachtrij, voornamelijk met Chinezen, te hebben gestaan en door de strenge beveiliging geslopen te zijn konden we het mausoleum van Lenin betreden. Het mausoleum van Lenin lijkt klein, maar het verraderlijke is dat er twee verdieping onder de grond gelegen zijn. Na een donkere afdaling kwamen we in de centrale kamer waar het gebalsemde lichaam van Lenin lag opgebaard. De man ligt hier al sinds 1924 en het lichaam heeft zichtbaar veel geleden. Zijn gezicht en handen, het enige zichtbare gedeelte huid, wekken de indruk dat het een wassenbeeld is. Door de staat van het lichaam en de eigenlijke wens van Lenin om in St. Petersburg begraven te worden, gaan er de laatste jaren steeds meer stemmen op om hem uit het mausoleum te halen. Het lijkt er dus op dat deze man niet voor eeuwig in Moskou opgebaard blijft, maar dan ben ik in ieder geval een van de miljoenen bezoekers die hem nog heeft gezien. Na ons bezoek aan het mausoleum van Lenin en een korte wandeling langs andere Russische prominenten die in de muren van het Kremlin zijn begraven, zijn we richting de poorten van het Kremlin gelopen. Deze ommuurde vesting is nog altijd het thuis van president Poetin, waardoor er meer deuren voor ons gesloten bleven dan geopend werden. Na een wandeling door de Kremlin tuinen en langs de Russische orthodoxe kathedralen die in overvloed binnen de muren te vinden zijn, hebben we de rest van de middag op of rondom het Rode Plein doorgebracht. Laat in de avond, rond middernacht plaatselijke tijd, hebben we Jong Oranje het onderspit zien delven tegen Jong Italië.

Dag 23
De laatste uren van mijn reis zijn dan eindelijk aangebroken. Zojuist heb ik mijn spullen gepakt voor de terugreis naar Nederland en over enkele ogenblikken daal ik af in het mooiste metrostelsel ter wereld en zet ik koers richting het vliegveld van Moskou. Op naar huis! Vanuit hier wil ik nogmaals benadrukken dat ik wederom heb genoten om voor jullie mijn verslagen op papier te zetten. Bedankt voor de leuke reacties en tot in Budel!

Maarten

  • 16 Juni 2013 - 15:57

    Frank En Marie-José:

    Hallo lieve Maarten en Collin.

    We zijn heel blij dat jullie weer terug zijn in Nederland,ik zal er helaas niet bij zijn,want ik ben op de beurs in Italië,maar er zal ongetwijfeld een delegatie aanwezig zijn op Schiphol.
    Zelf ben ik terug as woensdag en daar kijk ik al naar uit.
    Geniet van de komende dagen voordat je weer aan een nieuwe reis gaat beginnen in Skandinavie,samen met Danielle.
    Bel je straks als je in de auto zit.
    Papa

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Maarten

Actief sinds 28 Dec. 2011
Verslag gelezen: 7310
Totaal aantal bezoekers 64686

Voorgaande reizen:

19 Februari 2013 - 16 Juni 2013

Reizen door Azië

Landen bezocht: